Ooglidcorrectie

De operatie van de bovenste oogleden en/of de onderste oogleden kan onder plaatselijke verdoving plaatsvinden of in combinatie met een "roesje". In de meeste gevallen gebeurt deze ingreep in daghospitalisatie.

Bij de bovenste oogleden zal de chirurg de overtollige huid verwijderen, gecombineerd met het onderliggende weefsel. Als het nodig is, spant hij de oogspier wat aan.

Bij de onderste oogleden is het meestal een vetuitstulping die aan de basis ligt van de mindere esthetiek. Het is dan ook een combinatie van herverdeling van het vetweefsel en het wegnemen van het overtollige huidweefsel die tot een beter harmonisch en esthetisch resultaat leidt. De littekens komen bij de bovenste oogleden meestal in de plooi van het ooglid, deze zijn dan ook nauwelijks zichtbaar. Bij de onderste oogleden maakt de chirurg de snede direct onder de wimperrand zodat ook dit litteken quasi niet zichtbaar is. In de eerste week na de operatie zijn de oogleden gezwollen. Na ongeveer vijf dagen kunnen de hechtingen verwijderd worden.